Projectleider BUZZ-project (werkzaam bij het Erasmus MC)
Credits
Tekst: Laura Jansma
Delen
“De waarde van de zorg vergroten voor de cliënt”
Bij waardegedreven geboortezorg staat de cliënt centraal. Zes VSV’s en één IGO meten patiëntgerapporteerde uitkomsten door de vrouw op belangrijke momenten vragenlijsten te laten invullen. Projectleider Hiske Ernst van het BUZZ-project: “Het doel is om deze uitkomsten te gebruiken in de zorgverlening: om die onderwerpen te bespreken die voor de zwangere of pas bevallen vrouw waardevol zijn.”
“Bij het woord vragenlijst denken mensen al snel dat het om onderzoek draait. Maar deze vragenlijsten zijn juist bedoeld voor de vrouw zelf en voor haar verloskundig zorgverlener. Ze worden gebruikt om met haar te bespréken als onderdeel van de reguliere zorgverlening. Ze brengen die thema’s in de spreekkamer aan bod die voor haar tellen. Daarnaast kan een VSV of IGO de uitkomsten van de vragenlijsten ook gebruiken voor kwaliteitsverbetering.”
Inzicht leidt tot meer regie
De ingevulde vragenlijsten werpen licht op hoe het met de vrouw gaat, op vijf meetmomenten in de zwangerschap en na de bevalling. Bij de eerstvolgende controle komen haar antwoorden aan bod. “De vragenlijsten helpen een cliënt om zich voor te bereiden op dit gesprek. Ze laten haar nadenken: hoe gaat het met mij, en wat is belangrijk om met mijn zorgverlener te bespreken? De vragen gaan niet alleen over haar medische situatie, maar ook over hoe ze in haar vel zit. Gaat alles prima, dan is dat een fijne bevestiging. Ze weet nu dat als dit later verandert, dit van belang is: ‘kennelijk is het helemaal niet raar om incontinentieproblemen te bespreken met mijn verloskundige.’ Heeft ze wel klachten? Dan realiseert ze zich, dat ze die met haar zorgverlener kan bespreken.”
Samen beslissen
“Ook de zorgverlener kan zich voorbereiden en ziet gelijk welke ‘rode vlaggen’ besproken moeten worden. Je gebruikt de uitkomstinformatie om samen met de cliënt te beslissen wat zij nodig heeft. Je helpt haar om tot geïnformeerde keuzes te komen en blijft bij latere controles samen volgen hoe het gaat. Als zorgverlener weet je hiermee echt hoe het met je cliënten gaat. Je kunt dit met data onderbouwen en leert om deze data toe te passen in je praktijk of organisatie. Je hebt zicht op de resultaten van je werk, en op de uitkomsten van je gehele populatie. Je kunt deze data ook onderling vergelijken, zodat je van elkaar kunt leren.”
“Door de vragenlijsten komen problemen ter sprake die voorheen minder werden opgemerkt. Omdat er niet actief naar werd gevraagd en omdat cliënten er vaak niet zelf over beginnen. Denk aan: incontinentieproblemen, psychische klachten, stress of pijn bij het vrijen na de bevalling. En nu die thema’s aan bod komen, zijn ze ook meetbaar.”
Een omwenteling
“Keken we in de geboortezorg tot dusver alleen naar klinische uitkomsten, hiermee stellen we de uitkomsten die vrouwen belangrijk vinden en hun ervaring voorop. Uniek is bovendien dat we dit ook echt met de integrale geboortezorg doen: niet alleen vanuit de ziekenhuizen, maar juist ook met de eerstelijns verloskundigen en de kraamzorg. Dit laatste maakt de implementatie tegelijk wel wat ingewikkeld. Want: Hoe ga je als VSV of IGO deze uitkomsten meten, welk systeem gebruik je daarvoor? Moet je dan één systeem gebruiken of heb je meer applicaties nodig en hoe kun je dan de data delen? Met deze vragen moet je eerst aan de slag. En dit is niet in een achternamiddag geregeld. De kunst is om de technische implementatie niet ten koste van de motivatie te laten gaan. Deze nieuwe werkwijze is voor zorgverleners heel interessant en inspirerend, als het systeem eenvoudig is.”
Goede ICT is noodzakelijk
Zes VSV’s en een IGO gaan sinds 2018 aan kop. Hun ervaringen kunnen worden benut door andere regio’s. “Deze VSV’s en IGO zijn allemaal weer anders georganiseerd en maakten voor hun pilot elk hun eigen keuzes. Ook met betrekking tot de ICT. In sommige regio’s haakten de eerstelijnsverloskundigen aan bij het ziekenhuissysteem. Om de verloskundigen de vragenlijsten ook te kunnen laten versturen en inzien, moesten soms allerlei trucs worden uitgehaald. Dit werkt soms niet zoals gewenst.” Twee VSV’s gingen werken met een geheel nieuwe geboortezorg-applicatie. “Deze applicatie moest speciaal voor ons worden doorontwikkeld om de vragenlijsten te kunnen versturen. Hierin ging veel tijd en energie zitten. Dit soort applicaties, waar medische persoonsgegevens in staan, moet heel goed beveiligd zijn. En dat rijmt niet makkelijk met: een heel simpele werkwijze om vragenlijsten in een veilige omgeving te kunnen invullen en opslaan. Het vereist ook digitale vaardigheden en goede instructies, uitleg en ondersteuning om met zo’n applicatie te kunnen werken.” In één regio verliep de technische implementatie heel voorspoedig. “In de deelnemende IGO werkten de gynaecologen en verloskundigen al met één geïntegreerd dossier. En met Epic kun je ook nog eens vragenlijsten versturen, dus dat was dubbel voordeel.”
Verschillende strategieën
“Sommige koplopers richtten zich eerst op een subpopulatie. Ook zijn er regio’s die zich beperkten tot twee meetmomenten: één vragenlijst tijdens en één na de zwangerschap, om later eventueel op te schalen. Zo ontdekten we gelijk wat wel en niet werkt. Wat niet goed werkt, is om heel specifieke doelgroepen te benoemen, want dan heb je gewoon te weinig patiënten om ervaring op te doen met de nieuwe werkwijze. Je moet je professionals in VSV of IGO ervoor scholen zónder dat ze ervaring opdoen. De werkwijze gaat dan niet VSV-breed leven. Wat wel goed werkte: Binnen één regio begonnen ze met alleen het eerste meetmoment. Toen dat lekker liep, voerden ze de tweede in. En zo voerden ze één voor één alle vragenlijsten in. Zo kregen ze ook stapsgewijs de cliënten en professionals in de regio mee.” [Lees het interview met Monique Klerkx]
Leiderschap en aansturing
Belangrijk voor implementatie is: leiderschap en aansturing. “Je hebt hiervoor echt iemand nodig die goed in de praktijken en op de afdelingen kan uitleggen wat de bedoeling is en waarom je dit doet. Iemand die enthousiast is en die echt is vrijgemaakt om deze implementatie uit te rollen, en medewerkers te ondersteunen. Zodat medewerkers zich gesteund voelen en de gedachte leeft: ‘we werken met z’n allen ergens naartoe’.”
Trots op wat er is bereikt
“We hebben in amper drie jaar tijd een heel ambitieus, innovatief project neergezet. Hierbij waren veel partijen betrokken. Niet alleen de organisaties en professionals betrokken bij de VSV’s en IGO’s, maar ook de beroepsorganisaties, patiëntenfederatie, ICT-partijen, CPZ en Perined. Het is mooi om te zien dat steeds meer VSV’s en organisaties geïnteresseerd raken in deze werkwijze. Het CPZ wil dat VSV’s patiëntgerapporteerde uitkomsten gaan gebruiken om te rapporteren over hun kwaliteit van zorg. Dat is mooi, maar voorop staat dat de geboortezorg de omslag maakt naar waardegedreven zorg: dat professionals en hun organisaties de vragenlijsten gebruiken om voor de cliënt de waarde van hun zorgverlening te verhogen. Zodat het bijvoorbeeld normaal wordt dat VSV’s eens per kwartaal hun patiëntgerapporteerde uitkomsten en ervaringen bespreken en zich afvragen: hoe hebben we het de afgelopen periode gedaan, wat geeft aanleiding om onszelf te verbeteren? Op landelijke schaal kunnen de uitkomsten bijvoorbeeld ook gebruikt worden om keuzehulpen te ontwikkelen voor zwangere en pasbevallen vrouwen op zorgdomeinen die zij belangrijk vinden.”
Blik op de toekomst
“We hebben al veel ervaring opgedaan, maar er is nog werk aan de winkel om de nieuwe werkwijze verder te ontwikkelen en uit te rollen. We moeten de vragenlijsten nog zodanig gecodeerd krijgen, dat ze makkelijk te gebruiken zijn binnen applicaties en de data onderling uitwisselbaar zijn. Ook willen we bijvoorbeeld graag dat ze -gevalideerd- in meer talen beschikbaar zijn en liefst ook op andere manieren kunnen worden aangeboden voor vrouwen die laaggeletterd zijn of vrouwen bij wie de zorg anders loopt dan gehoopt, bijvoorbeeld bij NICU-opname of het verlies van de baby.”
“Deze nieuwe werkwijze is voor zorgverleners heel interessant en inspirerend, als het systeem eenvoudig is.”